Een wetswijziging heeft onmiddellijke werking tenzij de wetgever bij die wetswijziging een overgangsbepaling heeft opgenomen. De Hoge Raad besliste op 14 juni 2013 dat dit ook geldt voor de wijziging van de deelnemingsvrijstelling met ingang van 1 januari 2007. Nog op dezelfde dag bracht de staatssecretaris een persbericht uit waarin hij een wetsvoorstel over compartimentering van deelnemingsvoordelen aankondigde. Het wetsvoorstel zal terugwerkende kracht krijgen tot en met 14 juni 2013. Bij een sfeerovergang van de belaste naar de onbelaste sfeer, en omgekeerd, wanneer deze ook mocht hebben plaatsgevonden, worden de voordelen die na deze overgang worden gerealiseerd, verdeeld over de belaste en de onbelaste periode. Als na een sfeerovergang een dividend wordt ontvangen, is op het dividend de deelnemingsvrijstelling van toepassing als aannemelijk is dat dit dividend afkomstig is uit de onbelaste periode. Zijn de dividenden afkomstig uit de belaste periode en worden deze daadwerkelijk in de heffing begrepen, dan zal dit leiden tot evenredige verhoging van het opgeofferde bedrag. Verdwijnen aandelen geheel of gedeeltelijk uit het vermogen van de belastingplichtige, bijvoorbeeld als gevolg van een vervreemding, dan moet worden bekeken waaruit de vervreemdingsopbrengst is opgebouwd. Naast de sfeerovergang tussen de belaste sfeer en de onbelaste sfeer wordt ook de overgang met de zogenoemde verrekeningssfeer geregeld.
Bron: www.futd.nl